suikergoed

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  suikergoed    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • sui·ker·goed
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord suikergoed
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

hetsuikergoedo

  1. snoepgoed van suiker
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord suikergoed staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.