sympathisant

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  sympathisant    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • sym·pa·thi·sant
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘die met iets of iem. sympathiseert’ voor het eerst aangetroffen in 1950 [1]
  • Naamwoord van handeling van sympathiseren met het achtervoegsel -ant [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord sympathisant sympathisanten
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

desympathisantm

  1. iemand die met iets of iemand sympathiseert
     De Engelsen hadden verrassend veel sympathisanten onder de Zweden, het gespreksonderwerp was hoogst ongemakkelijk.[3]
Hyponiemen
  • nazisympathisant
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord sympathisant staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
92 %van de Nederlanders;
97 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.