teerder

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  teerder    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • teer·der
Woordherkomst en -opbouw
  • Naamwoord van handeling van teren met het achtervoegsel -der
enkelvoud meervoud
naamwoord teerder teerders
verkleinwoord - -

Niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie als zelfstandig naamwoord

Zelfstandig naamwoord

teerder [1] [2]

  1. iemand die teert

Bijvoeglijk naamwoord

teerder

  1. onverbogen vorm van de vergrotende trap van teer

Gangbaarheid

  • Het woord teerder staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.