telecombedrijf

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  telecombedrijf    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • te·le·com·be·drijf
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord telecombedrijf telecombedrijven
verkleinwoord telecombedrijfje telecombedrijfjes

Zelfstandig naamwoord

het telecombedrijf o

  1. bedrijf dat telefoonverbindingen exploiteert
    ▸ KPN laat het dochtermerk XS4ALL toch voortbestaan. Dat heeft het telecombedrijf vanmiddag bekendgemaakt.[1]
    ▸ De politie heeft drie mannen en een vrouw uit Rotterdam opgepakt voor oplichting van een telecombedrijf. Ze zouden voor meer dan een miljoen euro aan iPhones hebben verduisterd.[2]
Hyponiemen
  • staatstelecombedrijf, mobieletelecombedrijf
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord telecombedrijf staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. ↑ Weblink bron
    NOS Nieuws
    “KPN laat merk XS4ALL bestaan, plan valt slecht bij actievoerders” (Dinsdag 14 januari 2020, 15:31), NOS
  2. ↑ Weblink bron
    NOS Nieuws
    “Telecombedrijf opgelicht voor miljoen euro, vier verdachten opgepakt” (Woensdag 29 juli 2020, 11:53), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.