telefoonlied

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  telefoonlied    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˌteləˈfonlit/ (4 lettergrepen)
Woordafbreking
  • te·le·foon·lied
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord telefoonlied telefoonliederen
verkleinwoord telefoonliedje telefoonliedjes

Zelfstandig naamwoord

hettelefoonliedo

  1. (muziek) gezongen tekst over een telefoongesprek
     Een ander telefoonlied om week van te worden rondom het hart en vloeibaar in de ooghoeken is Jantje aan de telefoon, onnavolgbaar gezongen door de Zangeres zonder Naam.[1]
     Het was een telefoonliedje, helemaal krakend en erg dramatisch, zoals dat hoort met telefoonliedjes. ‘Hey Monique’ heet het lied, ik ken het uit mijn hoofd. Een meisje aan de telefoon met haar vader, die weg is. Weg als in: gescheiden. En die terugkomt! Midden onder dit liedje komt alles weer goed, een wonder.[2]

Gangbaarheid

  • Het woord telefoonlied staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Weblink bron Wat doe je … in: Het Parool , jrg. (28 juni 1986), p. 29 kol. 3
  2. Weblink bron Gearchiveerde versie
    Anna van Praag
    “Hoe gaat het oude vrouw?” (2 januari 2012) op annavanpraag.social
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.