theatermaker

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  theatermaker    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • the·a·ter·ma·ker
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord theatermaker theatermakers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de theatermaker m

  1. artiest die zelf een theatervoorstelling creëert en vertolkt
    ▸ Annie M.G. Schmidtprijs voor theatermaker Joost Spijkers[1]
    ▸ De 75-jarige Wiggers, die tevens choreograaf is, richtte Introdans in 1971 op met theatermaker Hans Focking. Het doel was om Oost-Nederland een professioneel dansgezelschap te geven.[2]
Verwante begrippen
Hyponiemen
  • amateurtheatermaker

Gangbaarheid

  • Het woord theatermaker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. ↑ Weblink bron “Annie M.G. Schmidtprijs voor theatermaker Joost Spijkers” (MA 28 MAART 2022), NOS
  2. ↑ Weblink bron “Introdans-oprichter Ton Wiggers krijgt koninklijke onderscheiding en erepenning” (26 juni 2022), NU.nl
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.