tinerts
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: tinerts (hulp, bestand)
Woordafbreking
- tin·erts
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van tin zn en erts zn [1]
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | tinerts | tinertsen |
| verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het tinerts o
- erts waar men tin uit kan winnen
- ▸ Prins Hendrik vergaart een vermogen door investeringen in de winning van tinerts op het eiland Billiton tussen Borneo en Sumatra (Nederlands-Indië) en door beleggingen in Indische fondsen.[2]
Synoniemen
- cassiteriet, tinsteen, tinoxide
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord tinerts staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "tinerts" herkend door:
| 62 % | van de Nederlanders; |
| 64 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron Wim Hulsman“Prins Hendrik genoot van India” (31-05-2016), Reformatorisch Dagblad
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.