toejuiching

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  toejuiching    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • toe·jui·ching
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord toejuiching toejuichingen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

detoejuichingv

  1. een waardering uiten door iemand toe te juichen
    • Nog voor de botenparade zaterdag tijdens de Gay Pride begint, neemt minister Ronald Plasterk (homo-emancipatie) de eerste toejuiching in ontvangst. ‘Hoera voor Plasterk’, klinkt het uit de mond van zanger Gordon, voor de gelegenheid uitgedost in een roze bisschopstenue.[2] 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord toejuiching staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Volkskrant Theo Koel 3 augustus 2009
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.