tonrondte

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  tonrondte    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈtɔnrɔntə/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • ton·rond·te
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord tonrondte tonrondtes
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

detonrondtev

  1. (wegenbouw) bolling van een wegdek zodat het midden iets hoger is dan de randen
      De oudere wegen hebben nagenoeg alle een zuivere tonrondte d.w.z. het rijvlak bestaat uit een gedeelte van een cylinderoppervlak.[2]
  2. (waterbeheer) gebogen vorm van een talud
     Bij het aanbrengen van steenzettingen over een grote hoogte moet een tonrondte worden toegepast. Dit betekent dat de bekleding met een geringe opbolling wordt aangebracht. Doel hiervan is om de helling visueel over de gehele hoogte eenzelfde gradiënt te geven.[3]

Gangbaarheid

  • Het woord 'tonrondte' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Weblink bron
    Unger, A.K.W. & Zwiers Hz, L.
    “Moderne verkeerswegen in ontwerp en aanleg” (circa 1935), N.V. Uitgevers-Maatschappij voorheen van Mantgem & van Does, Amsterdam, p. 88
  3. Weblink bron
    Halter, W.; Groenouwe, I; Tonneijck, M.; d'Angremond, K.
    “Handboek Dijkenbouw” (2018), Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP), p. 118
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.