tourzege

Niet te verwarren met: Tourzege

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  tourzege    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • tour·ze·ge
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord tourzege tourzeges
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

detourzegev/m

  1. overwinning in een wielerronde in het algemeen
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord tourzege staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
93 %van de Nederlanders;
95 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.