tribuun

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  tribuun    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • tri·buun
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘Romeinse leider’ voor het eerst aangetroffen in 1553 [1]
  • uit het Latijn: tribunus [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord tribuun tribunen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

detribuunm [3]

  1. functionaris in Romeinsche Rijk
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord tribuun staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
52 %van de Nederlanders;
61 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.