tricot

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  tricot    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • tri·cot
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord tricot tricots
verkleinwoord tricotje tricotjes

Zelfstandig naamwoord

detricotm

  1. sporttrui
    • Heracles Almelo speelt volgend seizoen in een klassiek zwart-wit gestreept shirt. Dat heeft de club deze vrijdag bekendgemaakt. Het huidige thuisshirt bevat enkele blauwe details, die verdwijnen volgend seizoen. Ook krijgt het nieuwe thuisshirt meer zwarte en witte banen dan het huidige tricot. Het nieuwe uitshirt is overwegend blauw, de kleur van de stad Almelo. [3] 
  2. wielrennerstrui als herkenningsteken of als ereteken voor een winnaar
    • Veldrijder Pim Ronhaar heeft de wereldbekercross van Koksijde gewonnen. De Europees kampioen kwam solo aan en boekte zo in het Vlaamse duinzand zjjn eerste grote zege in het tricot van Europees kampioen. [4] 
  3. [3] gebreide stof
    • De Franse modeontwerpster Sonia Rykiel is overleden. Dat heeft haar familie bekendgemaakt aan persbureau AFP. Rykiel is 86 jaar geworden. ‘La Reine du tricot’ overleed aan de gevolgen van de ziekte van Parkinson. [5] 
Verwante begrippen
Hyponiemen
  • [2] eretricot, koerstricot, wielertricot, leiderstricot, wielrentricot, bolletjestricot, kampioenstricot, regenboogtricot, kampioenentricot
  • [3] ribtricot

Gangbaarheid

  • Het woord tricot staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
91 %van de Nederlanders;
86 %van de Vlamingen.[6]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.