tweedelig

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  tweedelig    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • twee·de·lig
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen tweedeligtweedeligertweedeligst
verbogen tweedeligetweedeligeretweedeligste
partitief tweedeligstweedeligers-

Bijvoeglijk naamwoord

tweedelig

  1. bestaande uit twee afzonderlijke zaken
    • Hij droeg een tweedelig pak terwijl zijn vader altijd een driedelig pak droeg. 
    • Het herenhuis had een tweedelige deur. 

Gangbaarheid

  • Het woord tweedelig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.