uitbaten

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  uitbaten    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • uit·ba·ten
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘exploiteren’ voor het eerst aangetroffen in 1863 [1]
  • samenstelling van  uit bw  en  baten ww 
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
uitbaten
baatte uit
uitgebaat
zwak -t volledig

Werkwoord

uitbaten

  1. overgankelijk de economische mogelijkheden van iets winstgevend benutten
    • "Celstraffen voor Nederlanders die cannabisplantages uitbaatten" 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord uitbaten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
96 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.