uiteenlopen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  uiteenlopen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • uit·een·lo·pen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
uiteenlopen
liep uiteen
uiteengelopen
klasse 7 volledig

Werkwoord

uiteenlopen

  1. ergatief zich in verschillende richting bewegen
    • Beider standpunten waren echter te veel uiteengelopen. 
  2. absoluut verschillend zijn
    • Hij legt uit dat de levensopvattingen van de Han-Chinezen en Tibetanen altijd ver uiteengelopen hebben. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord uiteenlopen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.