vaccinatievoorsteker

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  vaccinatievoorsteker    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • vac·ci·na·tie·voor·ste·ker
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord vaccinatievoorsteker vaccinatievoorstekers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

devaccinatievoorstekerm

  1. iemand die voordringt in een vaccinatiecampagne
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord 'vaccinatievoorsteker' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.