vakgebied

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  vakgebied    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • vak·ge·bied
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord vakgebied vakgebieden
verkleinwoord vakgebiedje vakgebiedjes

Zelfstandig naamwoord

hetvakgebiedo

  1. een bepaald geheel van kennis, vaardigheid en ervaring dat een rol op professioneel peil mogelijk maakt
    • Vastestofchemie is mijn oude vakgebied. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord vakgebied staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.