vegan

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  vegan    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈviɡən/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • ve·gan
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord vegan vegans
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deveganv/m

  1. iemand die vindt dat dieren niet door mensen mogen worden geëxploiteerd en daarom het gebruik van dierlijke producten vermijdt
    • De vegan bestelde een quinoaschotel zonder kaas in plaats van biefstuk. 
Synoniemen

Bijvoeglijk naamwoord

vegan

  1. passend in een levenswijze waarin dieren niet door mensen worden geëxploiteerd
    • Het aanbod van vegan producten is dit jaar sterk gegroeid. 
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord vegan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Zweeds

Uitspraak
  • Geluid:  vegan    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ve·gan

Zelfstandig naamwoord

vegan g

  1. veganist
Verbuiging
vegans enkelvoud meervoud
  onbepaald bepaald onbepaald bepaald
  nominatief     vegan     veganen     veganer     veganerna  
  genitief     vegans     veganens     veganers     veganernas  
Verwante begrippen
  • veganism, vegansk
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.