vervoerder

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  vervoerder    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ver·voer·der
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van de werkwoordstam van vervoeren met het achtervoegsel -der
enkelvoud meervoud
naamwoord vervoerder vervoerders
verkleinwoord vervoerdertje vervoerdertjes

Zelfstandig naamwoord

devervoerderm

  1. (verkeer) (beroep) iemand die goederen of mensen van A naar B vervoert
  2. (verkeer) een bedrijf dat goederen of mensen van A naar B vervoert
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord vervoerder staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
93 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.