videozaak

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  videozaak    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • vi·deo·zaak
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord videozaak videozaken
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

devideozaakv/m

  1. winkel waar videoapparatuur wordt verkocht
    • De ondernemers in de Nieuwstraat hebben totaal geen hulp gehad van de gemeente. Dat stelde Hans Kleij van een audio- en videozaak in de winkelstraat dinsdag in de gemeenteraadsvergadering. [1] 
    • Onbekenden hebben maandagavond omstreeks 23.30 uur een ramkraak gepleegd bij een audio– en videozaak aan de Avenue Céramique in Maastricht. Dat heeft de politie dinsdag gemeld. [2] 
Verwante begrippen
  • radiozaak, electronicazaak

Gangbaarheid

  • Het woord videozaak staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
95 %van de Nederlanders;
95 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.