vier en een half

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  vier en een half    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈvirɛnənˌhɑləf/
Woordafbreking
  • vier en een half
Woordherkomst en -opbouw

Hoofdtelwoord

vier en een half

  1. 4½ (of 4,5); het getal halverwege tussen vier en vijf
    • Hij heeft vier en een half jaar bij een bank gewerkt. 
    • De helft van negen is vier en een half. 
Opmerkingen
Hij had voor zijn proefwerken een vier-en-een-half en twee zessen.
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord vier en een half staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.