vison

Frans

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: /vizɔ̃/
Woordherkomst en -opbouw
  • Uit Oudfrans vison, wellicht uit een Volkslatijne vorm *vis(i)o (accusatief *vis(i)onem), afgeleid van een Latijnse vorm visium stank, veest [1], zie ook vesse.
enkelvoud meervoud
zonder lidwoord met lidwoord zonder lidwoord met lidwoord
  vison     le vison     visons     les visons  

Zelfstandig naamwoord

vison m

  1. (roofdieren) nerts Neovison vison 

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.