vliegvakantie
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: vliegvakantie (hulp, bestand)
Woordafbreking
- vlieg·va·kan·tie
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van vlieg en vakantie
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vliegvakantie | vliegvakanties |
verkleinwoord | vliegvakantietje | vliegvakantietjes |
Zelfstandig naamwoord
de vliegvakantie v
- vakantie waarbij men het vliegtuig gebruikt om snel op de (verre) bestemming te komen.
Gangbaarheid
- Het woord vliegvakantie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.