volgorde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  volgorde    (hulp, bestand)
  • IPA: /'vɔlχˌɔrdə/
Woordafbreking
  • volg·or·de
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord volgorde volgorden
volgordes
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

devolgordev/m

  1. wijze waarop iets in een rij gerangschikt wordt
    • Het alfabet heeft een vaste volgorde. 
     Wij waren een cocktail van uitersten (in willekeurige volgorde): rustig, uitgesproken en luidruchtig.[1]
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord volgorde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
  2. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.