voort

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  voort    (hulp, bestand)
  • IPA: /vort/ (1 lettergreep); /voːrt/
Woordafbreking
  • voort
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘bijwoord van richting: vooruit’ voor het eerst aangetroffen in 901 [1] [2]

Bijwoord

voort

  1. bijwoordelijk deel van een scheidbaar werkwoord: verder gaan met een handeling, in richting naar voren gaand
     Er stonden drie kruisen op Golgotha,
    Maar de boer hij ploegde voort.
    [3]
     Ondertussen woedde de storm onverminderd voort.[4]
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord voort staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.[5]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. "voort" in:
    Sijs, Nicoline van der
    , Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org
    ; ISBN 90 204 2045 3
  2. voort op website: Etymologiebank.nl
  3. Ballade van den boer (1935) in: Verzamelde gedichten. (1970), Querido, Amsterdam, ISBN 90 214 1140 7, p. 157
  4. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
  5. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.