vroeger

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  vroeger    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈvruɣər/ (2 lettergrepen)
    • (Noord-Nederland): /ˈvruxər/
    • (Vlaanderen, Brabant): /ˈvruɣər/
Woordafbreking
  • vroe·ger
stellend
onverbogen vroeger
verbogen vroegere
partitief vroegers

Bijvoeglijk naamwoord

vroeger [1]

  1. uit een vorig tijdperk
  2. in voorbije tijden
     Duidelijk blijkt dat de diepere betekenis voor ons nog even waardevol is. Voor de viering zullen wij, terugdenkend aan vroeger, zeker veel mogelijkheden vinden.[2]
     De stank deed vermoeden dat er vroeger duidelijk te veel was gerookt in de kamer.[3]
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
  • in vroeger tijden
Uitdrukkingen en gezegden
  • Vroeger was alles beter
Vertalingen

Bijwoord

vroeger

  1. (zoals) in het verleden.
    • Vroeger was er nog geen WikiWoordenboek. 
Vertalingen

Bijvoeglijk naamwoord

vroeger

  1. onverbogen vorm van de vergrotende trap van vroeg
    • Ik ben vandaag vroeger opgestaan dan gisteren. 

Gangbaarheid

  • Het woord vroeger staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. “Het hele jaar rond: van Sinterklaas tot Sintemaarten” (1973), Lemniscaat , p. 7
  3. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
  4. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.