waaier
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: waaier (hulp, bestand)
Woordafbreking
- waai·er
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | waaier | waaiers |
verkleinwoord | waaiertje | waaiertjes |
Zelfstandig naamwoord
de waaier m
- scherm in halve schijfvorm dat dient om te verkoelen door wind aan te waaien
- Met dit warme weer worden veel waaiers verkocht.
- iemand die wind aanwaait
Hyponiemen
- kleurenwaaier, vlakkenwaaier, zeewaaier
Afgeleide begrippen
|
Vertalingen
Werkwoord
vervoeging van |
---|
waaieren |
waaier
Gangbaarheid
- Het woord waaier staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "waaier" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.