wadlopen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  wadlopen    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈwɑtlopə(n)/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • wad·lo·pen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
wadlopen
-
wadgelopen
onvolledig

Werkwoord

wadlopen o

  1. een tocht te voet maken door gebied dat alleen bij laagwater begaanbaar is
     We zijn met een stel meiden gaan wadlopen, echt super lachen.[2]
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord wadlopen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
58 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Weblink bron
    Paulien Cornelisse
    “Meiden” (6 maart 200) op nrc.nl
  3. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.