wanbetaling

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  wanbetaling    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈwɑmbəˌtalɪŋ/ (4 lettergrepen)
Woordafbreking
  • wan·be·ta·ling
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord wanbetaling wanbetalingen
verkleinwoord wanbetalinkje wanbetalinkjes

Zelfstandig naamwoord

dewanbetalingv

  1. het niet voldoen aan de betaalplicht

Gangbaarheid

  • Het woord wanbetaling staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
97 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.