warming

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  warming    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • war·ming
Woordherkomst en -opbouw
  • van het Engels
  • Naamwoord van handeling van warm met het achtervoegsel -ing
enkelvoud meervoud
naamwoord warming -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

dewarmingv [1]

  1. het warmen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord warming staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
57 %van de Nederlanders;
47 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.