weekarrangement

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  weekarrangement    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈwekɑrɑ̃ʒəˌmɛnt/ (5 lettergrepen)
Woordafbreking
  • week·ar·ran·ge·ment
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord weekarrangement weekarrangementen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

hetweekarrangemento

  1. verblijf gedurende zeven dagen in een accommodatie met daarbij passende voorzieningen compleet voor één prijs aangeboden
     Ruim 140 hotels in het Berner Oberland bieden een arrangement aan, inclusief een vliegretour Amsterdam-Bern. (…) Men kan kiezen uit een minibreak (drie nachten) en een zeven nachten tellend weekarrangement.[1]
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord 'weekarrangement' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

  1. Weblink bron Vlucht plus hotel in: Leeuwarder Courant , jrg. 243 nr. 291 (10 december 1994), p. 51 (s&s 21) kol. 7
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.