weekstaat

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  weekstaat    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • week·staat
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord weekstaat weekstaten
verkleinwoord weekstaatje weekstaatjes

Zelfstandig naamwoord

deweekstaatm

  1. lijst van de op een week betrekking hebbende gebeurtenissen

Gangbaarheid

  • Het woord weekstaat staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
77 %van de Nederlanders;
53 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.