wegenschaaf
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: wegenschaaf (hulp, bestand)
- IPA: / ˈweɣə(n)ˌsxaf / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- we·gen·schaaf
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van weg zn en schaaf zn met het invoegsel -en-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | wegenschaaf | wegenschaven |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de wegenschaaf v / m
- rijdend apparaat dat een onverhard wegdek vlak maakt
- ▸ In mei van dit jaar werd de Leppeweg eindelijk verhard. Daar zijn we zeer blij mee, maar aan onze weg gebeurde niets. Nou ja niets, er is een enkele keer een wegenschaaf gekomen om de bovengrond vast te drukken. Maar dat helpt niets, want de tractoren scheuren binnen de kortst mogelijke tijd alles weer los.[1]
- ▸ Met acht sneeuwploegen, waaronder twee wegenschaven, is men in de vroegte al begonnen met liet schoonmaken van de wegen en straten.[2]
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'wegenschaaf' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Fam. Grevink aan Eggelmorsweg bijna van buitenwereld afgesneden in: Tubantia, jrg. 99 nr. 258 (3 november 1970), Van der Loeff, Enschede, p.3 kol. 5
- ↑ Weblink bron Anti-slip: 20 ton zout 120 kub. zand in: Arnhemsche Courant , jrg. 144 nr. 21544 (26 februari 1958), C.A. Thieme, Arnhem, p.7 kol. 1
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.