wemeling

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  wemeling    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • we·me·ling
Woordherkomst en -opbouw
  • Naamwoord van handeling van wemelen met het achtervoegsel -ing
enkelvoud meervoud
naamwoord wemeling wemelingen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

dewemelingv

  1. het door elkaar bewegen
    • Ik zag een halucinante wemeling van een bijenvlucht. 

Gangbaarheid

  • Het woord wemeling staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
44 %van de Nederlanders;
76 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.