wilgenkatje
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: wilgenkatje (hulp, bestand)
Woordafbreking
- wil·gen·kat·je
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van wilg zn en katje zn met het invoegsel -en- [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | wilgenkatje | wilgenkatjes |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het wilgenkatje o
- manier van bloeien van een wilg
- OVER het fietspad langs de oude spoorweg Brussel-Gent hangt een zwoele geur. De valse acacia staat in bloei. Hoog torenen zijn welriekende boomkruinen boven het spoor uit. Met zijn grijsbruine bast, gedoornde twijgen en volle witte bloemtrossen is de valse acacia een opvallende verschijning. In onze streken, waar een wilgenkatje zowat het summum is van wat we ons bij een boom in bloei voorstellen, is het gek hem zo exuberant met zijn bloemen te zien pronken.[2]
Gangbaarheid
- Het woord wilgenkatje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ de Standaard 27 MEI 2002 | tekst Hilde Van den Eynde
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.