wipbrug

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  wipbrug    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈwɪbrʏx/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • wip·brug
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord wipbrug wipbruggen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

dewipbrugv/m

  1. brug waarvan de vloer draait om een horizontale als en waarvan het korte deel verzwaard is
    • Boven den houten vloer heeft zoo'n wipbrug een hooge poort en boven op die poort ligt een heel groot ding uit van balken en dwarshouten en een zoldertje en een heele groote ketting hangt van het zoldertje af recht naar beneden in de lucht. [2] 
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord wipbrug staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
73 %van de Nederlanders;
79 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.