witbefvliegenvanger

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  witbefvliegenvanger    (hulp, bestand)
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • wit·bef·vlie·gen·van·ger
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord witbefvliegenvanger witbefvliegenvangers
verkleinwoord witbefvliegenvangertje witbefvliegenvangertjes

Zelfstandig naamwoord

dewitbefvliegenvangerm

  1. (zangvogels) Anthipes monileger  een zangvogel uit de familie Muscicapidae  (vliegenvangers). Deze soort telt 3 ondersoorten
Hyperoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord 'witbefvliegenvanger' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.