xenofoob

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  xenofoob    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˌksenoˈfop/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • xe·no·foob
Woordherkomst en -opbouw
  • met het voorvoegsel xeno- en met het achtervoegsel -foob
enkelvoud meervoud
naamwoord xenofoob xenofoben
verkleinwoord xenofoobje xenofoobjes

Zelfstandig naamwoord

dexenofoobm

  1. iemand die een sterke angst voor vreemdelingen heeft
    • De xenofoob hield niet van vreemdelingen. 
    • Drijvende kracht is niet zelden de angst voor massale migratie naar Europa, de vrees overlopen te worden door hordes zwarte mensen die het einde van het Avondland inluiden. Het heeft een xenofobe, om niet te zeggen racistische ondertoon. [1] 
Antoniemen
Vertalingen
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen xenofoobxenofoberxenofoobst
verbogen xenofobexenofoberexenofoobste
partitief xenofoobsxenofobers-

Bijvoeglijk naamwoord

xenofoob

  1. een sterke afkeer van vreemdelingen hebbend
    • Zijn xenofobe houding zette veel kwaad bloed. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord xenofoob staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
94 %van de Nederlanders;
95 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.