zedenprediker
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: zedenprediker (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ze·den·pre·di·ker
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zede en prediker met het invoegsel -n-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zedenprediker | zedenpredikers |
verkleinwoord | zedenpredikertje | zedenpredikertjes |
Zelfstandig naamwoord
de zedenprediker m
- iemand die regelmatig/voortdurend zegt wat wel en niet zou mogen op zedelijk gebied.
Synoniemen
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord zedenprediker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.