zeebad

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zeebad    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • zee·bad
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zeebad zeebaden
verkleinwoord zeebadje zeebadjes

Zelfstandig naamwoord

hetzeebado

  1. het zich baden in zee
    • Wel is het waar, dat vele gezonde vrouwen het zeebad gedurende het menstruatietijdperk zonder eenig nadeel nemen; [...].[1] 
  2. een plaats aan zee waar men zich baden kan
    • Scheveningen is al heel lang een zeebad. 

Gangbaarheid

  • Het woord zeebad staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
88 %van de Nederlanders;
81 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

  1. blz 65 Nederlands tijdschrift voor geneeskunde Volume 11.
    "Over de toepassing der zeebadkuur bij ziektevormen van menstruatie en zwangerschap." Dr P.M Mess.
  2. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.