zeepaard
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: zeepaard (hulp, bestand)
- IPA: / ˈzepart / (2 lettergrepen)
Woordafbreking
- zee·paard
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zee en paard
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | zeepaard | zeepaarden |
| verkleinwoord | zeepaardje | zeepaardjes |
Zelfstandig naamwoord
het zeepaard o
- (roofdieren) (verouderd) bepaald soort zoogdier, Odobenus rosmarus , een lange zeehond met twee sterke en naar beneden gerichte hoektanden
- (mythologie) (Grieks/Romeins) paard van de zeegod Neptunus
Synoniemen
- [1] walrus
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord zeepaard staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "zeepaard" herkend door:
| 100 % | van de Nederlanders; |
| 99 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.