zelfbeschuldiging

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zelfbeschuldiging    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • zelf·be·schul·di·ging
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zelfbeschuldiging zelfbeschuldigingen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

dezelfbeschuldigingv

  1. een uiting waarin men zichzelf de schuld geeft
    • Dat klonk verdacht veel als een zelfbeschuldiging. 

Gangbaarheid

  • Het woord zelfbeschuldiging staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.