zomervacht

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zomervacht    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • zo·mer·vacht
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zomervacht zomervachten
verkleinwoord zomervachtje zomervachtjes

Zelfstandig naamwoord

dezomervachtv/m [1]

  1. (zoötomie) haarkleed van dieren in de zomer


Gangbaarheid

  • Het woord 'zomervacht' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.