zorgvraag

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zorgvraag    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • zorg·vraag
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zorgvraag zorgvragen
verkleinwoord zorgvraagje zorgvraagjes

Zelfstandig naamwoord

dezorgvraagv/m

  1. de vraag of aanvraag naar zorg.
     Waar het in het advies aan ontbreekt, is een inhoudelijke beschouwing ten aanzien van ouderen, hun zorgvraag alsmede de zorgverlening. ‘Betaalbaarheid’ en ‘organiseerbaarheid’ zijn de uitgangspunten.[1]

Gangbaarheid

  • Het woord zorgvraag staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
90 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

  1. Weblink bron
    Noud Engelen
    “Kwetsbare ouderen hebben beschermde woonomgeving nodig” (14 februari 2020), Trouw
  2. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.