zwartharige vachtegel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zwartharige vachtegel    (hulp, bestand)
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • zwart·ha·ri·ge vacht·egel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zwartharige vachtegel zwartharige vachtegels
verkleinwoord zwartharig vachtegeltje zwartharige vachtegeltjes

Zelfstandig naamwoord

dezwartharige vachtegelm

  1. (cloacadieren) Zaglossus bartoni  een van de drie nog levende soorten van het geslacht Zaglossus
     De orde Monotremata bestaat uit twee subordes; de Platypoda, met alsenige familie de Ornithorhynchidae, waarvan het vogelbekdier (Ornithor-hynchus anatinus) de enige overgebleven soort is, en de Tachyglossa metals enige familie de Tachyglossidae, waarvan vier soorten nu nog bestaan: de mierenegel (Tachyglossus aculea-tus), de gewone vachtegel (Zaglossusbruijni), de zwartharige vachtegel (Z.bartoni) en Attenborough’s vachtegel (Z. attenboroughi).[1]
Hyperoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord 'zwartharige vachtegel' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. “IN DEN BEGINNE...EVOLUTIE VAN DE ZOOGDIEREN DEEL 1” (april 2012), natuurtijdschriften.nl
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.