zweefkees

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zweefkees    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • zweef·kees
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zweefkees zweefkezen
verkleinwoord zweefkeesje zweefkeesjes

Zelfstandig naamwoord

dezweefkeesm

  1. warrig persoon; zweverig iemand
     Ik ben geen zweefkees, maar dat dit een opmerkelijk toeval is, dat denk ik niet Anne- Marie, dat denk ik niet! Ik wensje morgen een hele mooie wandeletappe toe.[2]
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord 'zweefkees' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

  1. zweefkees op website: Etymologiebank.nl
  2. Annemarie Kruiper
    “Gewoonweg schitterend Wandelingen en ontmoetingen op het Pieterpad” (2023), AM Books, ISBN 9789090369914
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.