zwijgzaamheid
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: zwijgzaamheid (hulp, bestand)
Woordafbreking
- zwijg·zaam·heid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zwijgzaamheid | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de zwijgzaamheid v
- de geneigdheid of gewoonte om te zwijgen
- Ze stond niet bekend om haar zwijgzaamheid.
- ▸ Er verschijnt een barst in haar zwijgzaamheid, en plotseling tuimelen de woorden naar buiten.[1]
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord zwijgzaamheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ V.E. Schwab“Het onzichtbare leven van Addie LaRue” (2021), De Boekerij , ISBN 9789022591932
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.