zwoord

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zwoord    (hulp, bestand)
  • IPA: /zʋɔːrt/
Woordafbreking
  • zwoord
enkelvoud meervoud
naamwoord zwoord zwoorden
verkleinwoord zwoordje zwoordjes

Zelfstandig naamwoord

hetzwoordo

  1. verdikt deel van spek ontstaan uit de huid van het varken
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord zwoord staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
4 %van de Nederlanders;
7 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.