пара

Moksja

Bijvoeglijk naamwoord

пара

  1. goed

Russisch

Uitspraak
  • Geluid:  пара    (hulp, bestand)
enkelvoud meervoud
nominatief па́рапа́ры
genitief па́рыпа́р
datief па́репа́рам
accusatief па́рупа́ры
instrumentalis па́рой
па́рою
па́рами
locatief па́репа́рах

Zelfstandig naamwoord

пара

  1. paar, tweetal
    «Пара обуви.»
    Een paar schoenen.

Zelfstandig naamwoord

пара

  1. genitief enkelvoud van пар
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.