шапка

Russisch

enkelvoud meervoud
nominatief ша́пкаша́пки
genitief ша́пкиша́пок
datief ша́пкеша́пкам
accusatief ша́пкуша́пки
instrumentalis ша́пкойша́пками
locatief ша́пкеша́пках

Zelfstandig naamwoord

шапка v

  1. bontmuts, muts
    «Охотничья шапка
    Jagersmuts.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.